Product omschrijving
Deze oorlogshamer is een replica van een 16de eeuws Italiaans origineel. De oorlogshamer vertoont in zijn ontwerp duidelijk laat-Gotische invloeden. Hij is gemaakt in de gestyleerde vorm van een waterspuwer, die mogelijk refereert naar de dom van Milaan. Waarschijnlijk werden deze wapens hoofdzakelijk voor decoratieve of ceremoniële doeleinden gebruikt, echter waren ze zeer efficiënt.
Een maul is een oorlogshamer met een zware kop. Dit exemplar heeft een spiesachtige punt, maar de punt is breeder dan die van de ruiterspies, een ander type oorlogshamer. Vanaf eind 14e eeuw werd het wapen hoofdzakelijk door het voetvolk gebruikt. Tijdens de opstand in Parijs in 1382 grepen de opstandelingen 3000 mauls uit de wapenkamer van de stad; daardoor kregen de opstandelingen de bijnaam Maillotins. Later dat jaar noemt de kroniekschrijver Froissart mauls bij de Slag bij Roosebeke, wat laat zien dat het niet alleen een wapen van de armen was.
Een bijzondere toepassing van de maul vond plaats bij boogschutters in de 15e en 16e eeuw. Bij de Slag bij Agincourt gebruikten Engelse langbogen naar verluidt loden mauls, eerst als gereedschap om palen in de grond te slaan en later als geïmproviseerde wapens. Ook in andere bronnen uit die tijd wordt hun gebruik genoemd. In Engeland werden zulke wapens zelfs nog door Tudor-boogschutters gebruikt tot ongeveer 1562.
Vanaf de 15e eeuw werden kortere oorlogshamers steeds vaker door cavalerie gebruikt. Eerst keken edelen neer op het wapen omdat het uit lagere kringen kwam, maar later omarmden ze het vanwege de praktische waarde. Ruitercommandanten droegen soms oorlogshamers als wapen en als teken van hun rang; deze werden “Rottmeister-hammers” of “packmaster hammers” genoemd.
In landsknecht-legers en in delen van Centraal-Europa werden hamers ook statussymbolen voor lagere adel, bijna gelijk aan de sabel. Volgens sommige bronnen verliet een edelman zijn huis niet zonder zijn sabel en oorlogshamer; die kon ook als wandelstok dienen.
