Inhoudsopgave
Gebruik de spitse kant van de stylus om met lichte druk in een neerwaartse beweging letters in de was te kerven. Wissen
De platte kant van de stylus wordt gebruikt om de was weer glad te strijken. Houd de stylus plat, plaats je wijsvinger op het afgevlakte deel, en beweeg deze in een trekkende (niet duwende) beweging over de was. Zo kan de tablet steeds opnieuw worden gebruikt.
De cera (Latijn voor "tabula cerata" – wastablet) was een kleine schrijfplank gemaakt van hard materiaal zoals buxushout, beukenhout of zelfs bot. In het midden van deze plank bevond zich een uitgehold vlak dat gevuld werd met een laag donkere was.
Op deze waslaag werd geschreven met een stilus – een spits voorwerp van metaal, hout of been (Grieks: stŷlos, Latijn: stilus). Met dit gereedschap kraste men tekens in de was. Indien nodig konden deze tekens eenvoudig weer worden weggeveegd of gladgestreken, waardoor de tablet herbruikbaar was. Deze wastabletten werden gebruikt voor dagelijkse aantekeningen, herinneringen aan taken, schulden, verplichtingen, en als kladversie van teksten die later op papyrus of perkament werden overgenomen.
Verzegelde wastabletten dienden bovendien voor officiële doeleinden, zoals het opstellen van testamenten, het overbrengen van geheime bevelen, verklaringen, kwitanties en zelfs rapporten. Het oudst bekende archeologische voorbeeld van een wastablet dateert uit de 7e eeuw v.Chr., gevonden in Etrurië (Italië). In Europa bleef het gebruik van wastabletten algemeen tot in het midden van de 19e eeuw.
Naam en vorm - tabula cerata
De oude Grieken noemden een met was bedekte schrijfplank een "delta" (Grieks: δέλτος), vermoedelijk vanwege de driehoekige of trapeziumvormige uitvoeringen in de vroege oudheid. De randen van deze tabletten werden doorgaans doorboord om ze met koordjes, leren banden of ringen aan elkaar te bevestigen. Twee verbonden tabletten werden een diptiek genoemd, drie een triptiek, en vier of meer een polyptiek.
De Griekse geschiedschrijver Herodotus verwijst naar een diptiek in zijn verslag over de sluwe list van de Spartaanse koning Demaratos (Boek VII, 239). Demaratos wilde de oorlogsplannen van de Perzische koning Xerxes heimelijk overbrengen aan zijn stadsgenoten. Hij schraapte de was van een diptiek af, schreef een boodschap direct op het houten oppervlak en bedekte dit vervolgens opnieuw met een laagje was. Zo wekte de tablet geen argwaan: een blanco wastablet was immers een normaal gebruiksvoorwerp voor een geletterd persoon.
Gebruik en functie in Rome
In welgestelde Romeinse huishoudens werden archieven met wastabletten bewaard in een speciale kamer, het tablinum (afgeleid van tabula = tablet). De Romeinse encyclopedist Plinius de Oudere beschreef dit soort archieven in zijn Naturalis Historia (Boek XXXV, hoofdstuk 7). Hij gebruikte echter de term codex voor boeken op perkament, een vorm die later de standaard zou worden voor het boek zoals wij dat nu kennen.
Voorname Romeinen gebruikten vaak luxe wastabletten, vervaardigd van ivoor en soms versierd met goud en gedetailleerde reliëfs aan de buitenzijde. Het was een gebruik dat Romeinse consuls op 1 januari dure wastabletten als nieuwjaarsgeschenk gaven aan vrienden en relaties. Zakenlieden en politici maakten er eerst kladversies van documenten of brieven op, die vervolgens werden gedicteerd aan professionele schrijvers (librarii). Volgens Cicero had Julius Caesar maar liefst zeven schrijvers bij zich (zie Pro Sulla, 14).
Opgravingen in Pompeii
Belangrijke vondsten van Romeinse wastabletten werden gedaan tijdens opgravingen op 3–5 juli 1875 in het huis van de bankier Lucius Caecilius Iucundus in Pompeii. Vergelijkbare vondsten werden later ook in Herculaneum gedaan. Boven het portiek van Iucundus’ woning werd een kist aangetroffen met daarin 127 diptieken en triptieken. Ondanks beschadiging door vulkanische as en gedeeltelijke verkoling kon een aanzienlijk deel ervan worden ontcijferd.
De meeste documenten op deze tabletten dateren uit 53–62 n.Chr., met enkele oudere exemplaren uit 15 en 27 n.Chr. De Pompeiaanse triptieken bestonden uit tabletten met een waslaag waarop meestal werd geschreven op de 2e, 3e en 5e bladzijde. De hoofdtekst stond op bladzijde 2 en 3. Daarna werden de tabletten samengevouwen, zodat deze bladzijden onzichtbaar waren. Op bladzijde 4 werd een koord door een speciaal groefje gehaald en verzegeld met de zegels van getuigen. Deze getuigen zetten hun handtekening naast hun zegel, geschreven met inkt op het hout. De meeste documenten betroffen ontvangstbewijzen en betalingsbevestigingen.
De uitdrukking "tabula rasa" komt uit het Romeinse gebruik van de wastablet. Het betekent letterlijk “gladgeschraapte tablet” en wordt figuurlijk gebruikt voor een nieuw begin of een lege geest. De term verwijst naar het wissen van de waslaag met de achterkant van de stylus, waardoor de tablet opnieuw beschreven kon worden.
In het Romeinse onderwijs waren wastabletten onmisbaar: elk kind had er een in zijn schooltas. En gelukkig maar – fouten konden eenvoudig worden hersteld!
Rol in de literatuurproductie
Wastabletten speelden een essentiële rol in het ontstaan van de antieke literatuur. Hierop werden de eerste ideeën en opzetten van literaire werken neergepend. Pas na zorgvuldige revisie werd de definitieve tekst overgebracht op papyrus of perkament. Als de herwerking niet grondig werd gedaan, konden er fouten in de eindversie sluipen. Dit is onder meer te zien aan de vele onjuistheden in de werken van Plinius de Oudere, zoals zijn Naturalis Historia.